Rondane ligt vlak bij Dovrefjell en Jotunheimen. In vergelijking is het veel droger. De bergen zijn er breed en afgerond, zonder gletschers die het relief wat aanscherpen. Er is weinig begroeiing. Dit is wellicht het meest uitgepuurde en het meest weidse berggebied van Noorwegen.
Het is erg geschikt voor wintertrekkings.
Het nationaal park Rondane is het oudste van Noorwegen, speciaal opgericht voor de wilde rendierkuddes.

Ben je bekend met deze regio? Wil je graag je kennis toevoegen aan deze pagina?
Geef ons een seintje op communicatie@hikingadvisor.be

Situering

Rondane grenst aan Dovrefjell en ligt een beetje ten oosten van de hele bergketen Jotunheimen - Breheimen - Reinheimen.

Die hele reeks bergen boven 2000 m zorgt ervoor dat Rondane in de "regenschaduw" ligt : die hele reeks bergen vangen immers het grootste deel van de regen en de sneeuw die door storingen van over de Noordzee worden aangevoerd. Het weer is dus in Rondane over het algemeen een stuk beter.
Dit heeft ook zijn gevolgen op het landschap. IJskappen en gletschers ontbreken hier volledig. Ook geen kleine cirque-gletschers die de toppen aanscherpten. De bergruggen zijn er breed en afgerond. Rondane heeft een tiental toppen boven de magische grens van 2000 m. Deze zijn een stuk vlotter te bewandelen dan die van de andere bergmassieven. Tussen de bergruggen liggen brede zachthellende alpiene plateaus, met alleen maar wat rendiermos en korstmossen als begroeiing. Er zijn enkele diepere dalen. Het bekendste ligt in het midden, Rondvatnet, een langgerekt meer dat door een ijstijdgletscher is uitgeslepen. In het oud-Noors is zo'n langgerekt smal meer "Rond" en dat heeft blijkbaar zijn naam gegeven aan de toppen errond (Rondslottet, Storronden, Høgronden, Mitronden, ...) en tenslotte aan heel het gebied.

De bodem is zandsteen. Dit wordt door de vorst verweerd tot hele velden zandsteenplaten en -blokken.

Rondane is erg bekend voor de herfstkleuren in de oostelijke valleien.

Rondane is vlot bereikbaar vanuit Oslo en is dus een populaire wandel- en ski-bestemming voor Noren. Het voornaamste stadje is Otta, in het Gulbrandsdal ten westen van Rondane. Een saai stadje, maar er zijn supermarktjes en sportwinkels.

Het grootste deel van het Rondane massief is beschermd als Nationaal Park. Het is het oudste park van Noorwegen. Het is opgericht vooral om de wilde rendierkuddes te beschermen. Dat is nog steeds één van de voornaamste doelen van het park. Om die reden is het in 2003 nog fors uitgebreid en zijn er samen met DNT een aantal paden verlegd. Veel haalt het niet uit : de rendierkuddes zijn klein en zijn door de populaire wandelpaden naar Rondvassbu in twee gesplitst zonder enige interactie. Het zou kunnen dat Rondane meer evolueert naar een Nationaal Park zoals in de Alpen of Amerika, met veel meer gebruiksbeperkingen dan nu het geval is. Meer informatie voor de wilde rendieren staat hier
Je kan in Rondane ook op zoek naar oude rendier-kuilen. Daarbij lokte of joeg men een rendier naar een vernauwing waar een put was verscholen. Eens het in die put was gevallen, kon het gemakkelijk gedood worden. In het park liggen er nog vele tientallen ; de oudste zijn meer dan 1000 jaar oud.

Kaart

Dit kaartje toont een groot deel van Rondane. De zone met de 2000-ers ligt centraal ; op de drie hoogste toppen liggen gemarkeerde wandelroutes. Binnen het park zijn er slechts enkele bewaakte hutten ; die van Rondvassbu is de grootste. Aan de rand van het park liggen er meer dan genoeg hotels en hutten ; aan de rand van Rondane hebben veel Noren ook hun buitenverblijfje.

Rondane map.jpg

Openbaar vervoer en bereikbaarheid

Rondane is zeer vlot bereikbaar langs de westkant : daar bevindt zich het Gulbrandsdal met de spoorweg Oslo - Bergen/Trondheim en de grote weg. Trein of snelbus naar Otta of naar Sel. Van daaruit, in het winter- of zomer wandelseizoen, lokale bussen naar de rand van het park bv. Høvringen of Mysuseter. 

De oostkant is een stuk minder vlot bereikbaar. Er is een bus vanuit het station van Koppang met enkele haltes aan de Oostkant ; de meest gebruikelijke is Straumbu.

Ook via het noorden kan je vlot Rondane binnen. Spoorweg Oslo - Trondheim tot in Hjerkin waar je op 4 km stappen bent van de eerste berghut.

Er is een boot-service op Rondvatnet. Die is er vooral omdat er op de oevers van dit fjord-achtig meer geen pad is aangelegd - je kan er dus de tocht verderzetten zonder de omweg over de toppen te maken. 

Interessante tochten

Zowel in de zomer als in de winter doen de meeste trekkers een lus of een doorsteek langs de belangrijkste hutten via gemarkeerde DNT-paden. Deze paden zijn erg populair : bv. 35000 stappers en mountainbikers per jaar op de as Høvringen - Rondvasbu - Bjørnhollia is naar Noorse standaarden (veel te) druk.

De gemarkeerde winterroutes vallen bijna overal samen met de zomerpaden. De enige uitzondering is Rondvatnet waar de winterroute over het bevroren meer loopt in plaats van over de bergkammen.

De meeste 2000-ers kunnen als wandelberg gedaan worden. Op de belangrijkste bv. Rondslottet en Høgronden loopt zelfs op een gemardeerde etappe tussen 2 DNT-hutten.

Behalve deze gemarkeerde klassiekers tussen de hutten en over de 2000-ers (veel Noren vinden het een nationale plicht om zoveel mogelijk 2000-ers te bezoeken) zijn er tientallen niet gemarkeerde paden. Met een GPS zijn deze vlot te vinden en vaak loopt het terrein naast het pad bijna even vlot als het pad zelf.

Wie een wandelroute van een 2-tal weken zoekt met Rondane als hoogtepunt, kan best ook de interessante stukken buiten het park nemen. De Rondanestien volgt de bergkam die vanuit Rondane zuidwaarts loopt en eindigt in Hjerking, het station dat ingeklemd zit tussen Rondane NP en Døvrefjell NP. Je kan dan eindigen met enkele dagen op Døvrefjell. DNT werkte een variant hiervan uit als de SAGA-trail. Naar landschappelijke variatie is die een heel stuk interessanter dan een lusroute door Rondane.

Interessante links :

Tochtverslagen

Zomer